Het naaiatelier van Laborijn
Sinds september heeft Laborijn een eigen naaiatelier in het Werkleercentrum in Aalten. Het gaat om een pilotproject waarin deelnemers – medewerkers, klanten vanuit de Participatiewet en inburgeraars – de kans krijgen om nieuwe vaardigheden te leren en samen een bijzonder product te maken. Praktijkopleider Inge Schreuder en deelneemster Tanja vertellen erover.
Van Koningsdagbanner tot tas
“Toen we startten, was het eerst aftasten: wie kan wat?” vertelt Inge.
“We hadden nog niet eens alle naaimachines binnen. Het idee was er al langer, maar de echte aanleiding kwam toen de gemeente Doetinchem vroeg: “Kunnen jullie van het bannermateriaal van Koningsdag tassen maken?” Het werd een sprong in het diepe. “We moesten ontdekken wie handig is, wie secuur werkt. Iedereen begon met oefenen. En toen kwam de productiedeadline: 500 tassen vóór 11 december. Dat was spannend, maar het is gelukt!”
De (schouder- en laptop) tassen hebben inmiddels een mooie bestemming gekregen.
Als dank ontvingen alle vrijwilligers van Koningsdag in Doetinchem vlak voor kerst een exemplaar.
Leren en ontwikkelen
Het naaiatelier is meer dan productie. “Het doel is opleiden,” benadrukt Inge. “Mensen leren dat ze meer kunnen dan ze denken. Vaak ontdekken ze een talent. Dat vind ik het mooiste: die groei zien.”
De deelnemers werken met industriële naaimachines, een wereld van verschil met huishoudmachines. “Dat is pittig om te leren,” zegt Inge, “maar als je het eenmaal kunt, wil je nooit meer anders.”
Creativiteit en plezier
Voor Tanja is het werk een aangename ervaring. Van de opdracht om tassen te maken werd ze vrolijk. “Je begint met grote banners en eindigt met een tas. Dat is leuk! En die mooie kleuren…daar word je blij van.”
Het project inspireerde haar tot meer: “Van de restjes wil ik graag hoesjes voor een dierenpaspoort gaan maken. Het materiaal nodigt uit om creatief te zijn.”
Samenwerking en toekomst
Het atelier brengt verschillende doelgroepen samen, ook inburgeraars. Dat vraagt soms om extra begeleiding vanwege taal en veiligheid in verband met de machines, maar het levert een waardevolle ervaring op. “Het zou geweldig zijn als mensen hier structureel kunnen blijven komen” zegt Inge. “Dan kunnen we echt een leerlijn opzetten, zoals we die ook hebben voor horeca en logistiek.”
De toekomst? “We hopen dat dit niet stopt na deze pilot,” aldus Inge. “Er ligt zoveel potentie. Het is een kans voor mensen om zich te ontwikkelen en iets moois te maken.”
